Maserati al 100 jaar een krachtig merk (deel 1)
In dit Centenario-jaar van Maserati staan we graag met je stil bij deze indrukwekkende geschiedenis. De drie mooiste Italiaanse automerken zijn nu allemaal meer dan een eeuw oud. Na Lancia in 2006 volgde Alfa Romeo in 2010 en nu in 2014 dus ook Maserati. Om precies te zijn op 1 december van dit jaar. Stuk voor stuk prachtige labels met een geweldige traditie en dan is Ferrari nog niet eens in beeld dat nog lange tijd op een eeuwfeest zal moeten wachten. Maserati belichaamd eveneens die intense schoonheid in techniek en vormgeving, wat steevast hand in hand gaat gedurende de geschiedenis van de Italiaanse automobiel. Hier lees je het eerste en misschien wel belangrijkste deel, dat het verhaal vertelt over het ontstaan van Maserati.
De opmerkelijke geschiedenis begint bij de geboorte van 7 broers. Het is de tijd van een jong en levenslustige Italië van eind negentiende eeuw. In een notendop toont de familie Maserati ons hoe de opkomende industrie ook het nodige talent in beweging brengt en voor meer welvaart zorgt. Er ontstond ook op het oude schiereiland een opkomende middenstand. Het grote gezin Maserati moest het aanvankelijk doen met een bescheiden loon, aangezien vader Rodolfo een machinist was bij de koninklijke spoorwegen van Piacenza. Italië werd ook steeds meer van ijzeren wegen voorzien. Moeder was Carolina Losi en het echtpaar woonde in Lombardije (Pavia). Carlo werd geboren in 1881, Bindo in 1883. De derde heette Alfieri en werd in 1885 geboren maar overleed al als baby van een paar maanden oud. De vierde kreeg ook de naam Alfieri en werd in 1887 geboren. In 1890 volgde Mario, in 1894 Ettore en in 1898 Ernesto.
Het was de tijd dat Fiat reeds de fabriekspoorten had geopend en de wereld in al haar voortvarendheid aan de drempel stond van een grote bloedige oorlog. Italië kende talloze automerken in wording. Vijf van de overgebleven zes tussen 1881 en 1894 geboren broers Maserati, willen uiteindelijk onderdeel zijn van deze industrie. Het is de oudste, Carlo, die op zijn achttiende al een motor met 1 cilinder tot stand bracht en deze monteerde op een fiets (foto boven). De fascinatie voor het toen nog bijna magische motorische gebeuren ontstond dan ook tijdens het werken in de fietsenfabriek van Affori aan de rand van Milaan. Zijn talent blijft niet onopgemerkt en Carlo gaat aan het werk bij de motorfietsfabriek genaamd Carcano te Lecco (eigendom van een markies). Zoals bij zovelen in die tijd, was Carlo’s fascinatie voor de techniek gelijk aan die voor snelheid. Daarom racete hij vanaf 1899 met de Carcano motoren over de Lombardijse wegen. In september 1900 wint hij tweemaal achtereen, tijdens races tussen Brescia en Cremona (via Mantova en Verona).
Dat zag een ander talent genaamd Vincenzo Lancia ook. Zijn eigen automerk zou enkele jaren later in 1906 ontstaan, maar tot die tijd werkte hij nog voor Fiat. De ene pionier haalde zo de ander naar Turijn. Carlo Maserati werd in dienst genomen als testpiloot en coureur. De stap naar de automobiel is hiermee definitief gezet. Carlo Maserati bouwt zijn eerste automobiel dan ook in Turijn tijdens zijn vrije tijd. De loopbaan bij Fiat duurt maar kort en geeft weinig voldoening. Carlo gaat terug naar Lombardije en voegt zich in 1903 voor eenzelfde functie bij het prestigieuze Isotta Fraschini te Milaan (foto boven). Ook een bedrijf dat door broers werd gerund en Carlo het ‘verre’ Piemonte weer snel deed vergeten. Omdat de ambitie voor de racerij hard aan Maserati blijft trekken werkte hij in 1907 alweer bij stadgenoot Bianchi. Dit oude bedrijf werd opnieuw gestructureerd en nam ook een ander groot talent in dienst genaamd Giuseppe Merosi, die even later een grote rol zou spelen in de opbouw van Alfa Romeo. Bianchi brengt Maserati als coureur echter geen groot succes. Hij werd slechts negende tijdens de Kaiserpreis in Duitsland op het Taunus-circuit en zevende tijdens de Coppa Florio in Brescia. In 1908 verlaat hij Bianchi dan ook voor een hoge functie bij het piepjonge bedrijf Junior. Een van de afsplitsingen van het grote industriële erfgoed van de familie Ceirano (opgericht door Giovanni Ceirano). Carlo Maserati wilde daar eindelijk een eigen auto tot stand brengen, met seriematige productie als ultiem doel. Maar omdat Junior elders koos voor een herstart, was Maserati klaar voor de sprong naar de zelfstandigheid. Hij wilde zich in de kijker spelen door een zeer vooruitstrevende vliegtuigmotor te ontwerpen. Maar terwijl in 1910 de tekeningen al op tafel lagen, werd Carlo Maserati ernstig ziek aan zijn longen en kwam hij uiteindelijk te overlijden.
Een ander talent in de familie was Alfieri, die erg op zijn oudere broer leek qua interesse en temperament. Hij werd door zijn in 1910 te jong overleden broer al heel vroeg (1903) geïntroduceerd bij Isotta Fraschini in Milaan (evenals broer Bindo). Daar bleef zijn talent niet onopgemerkt, want Cesare Isotta ziet in de jonge monteur ook de ideale coureur. Zo werd hij de technische teambaas van Isotta Fraschini, waar hij in 1908 sleutelt aan de winnende auto van goede vriend Vincenzo Trucco tijdens de Targa Florio van dat jaar (foto boven). Dit zorgt voor een vliegende start voor de jonge Maserati, die hierdoor als chef van de technische afdeling in 1911 en 1912 ook korte tijd actief is in respectievelijk Argentinië en Londen. Hij betrekt hierbij zijn jongere broer Ettore. In 1913 start Alfieri vervolgens via zijn functie in Milaan, een eigen werkplaats in Bologna, dat tevens als servicepunt fungeert van het luxe merk Isotta Fraschini. Hij doet dit samen met broer Ettore met wie hij dus al samenwerkte. In 1914 wordt het bedrijfje zelfstandig en betrekt hij zijn andere broers bij zijn onderneming die gespecialiseerd blijft in Isotta Fraschini motoren, maar ook Diatto. Ze werken in een gehuurd pand aan de Via de’ Pepoli. De Società Anonima Officine Alfieri Maserati is een feit. Helaas breekt ook voor Italië de grote oorlog uit op 23 mei 1915. Alleen de jonge Ernesto blijft achter en neemt als 17-jarige in die periode de zaak over, terwijl Alfieri en Ettore aan het front moeten dienen. Oudere broer Bindo kan hem niet helpen aangezien hij nog bij Isotta Fraschini werkt en broer Mario is niet actief in de auto-industrie maar is graficus en kunstenaar. De jonge tiener heeft 5 man in dienst. Hij neemt zijn taak serieus en werkt overdag, terwijl hij ’s nachts studeert.
Overigens was Alfieri die gelukkig na de oorlog weer gewoon in Bologna aan het werk kon (evenals zijn broer Ettore) ook tijdens de oorlog nog erg actief en begon hij in Milaan een zaak in door hem zelf bedachte en gepatenteerde bougies (die vervolgens nog lang voor naamsbekendheid zouden zorgen). Dit was mogelijk omdat Alfieri achter de linies aan het werk mocht door mee te werken aan de bouw van de eerste oorlogsvliegtuigen. Het vliegtuig waarmee de beroemde Gabriele d’Annunzio (foto boven) een aanval uitvoerde op Wenen was uitgerust met Maserati’s bougies. Deze doortastende manier van werken van Alfieri, werd ook na de oorlog zichtbaar toen hij zich vooral focuste op de racewereld. In 1920 kwam hij terug aan de start met een SCAT (Ceirano), wat hem niet overtuigde. Daarom werkte hij in 1921 aan een Isotta Fraschini racewagen uitgerust met een door hem grondig aangepaste viercilinder Hispano-Suiza vliegtuigmotor. Alfieri en Ernesto Maserati maken met hun technische kunde indruk op de dan gevestigde orde. Hij wordt tweede op Mugello en wint de klassieker Susa-Moncenisio in Piemonte en daarna ook de Aosta-Gran San Bernardo.
Een jaar later wordt hij vanwege zijn eerste overwinningen en stuurkwaliteiten, aangenomen door Diatto. Diatto presenteerde in 1920 op de autosalon van Milaan de door ingenieur Coda ontwikkelde Tipo 20. Maserati paste deze in 1922 aan tot de Tipo 20 S waarmee hij onder andere de beroemde Targa Florio reed (foto boven). Om zich goed op de GP van Italië voor te kunnen bereiden, verhuizen Alfieri en Ernesto tijdelijk naar Turijn. De GP wordt echter een fiasco. Zowel de Diatto van Guido Meregalli als die van Alfieri vallen uit. Het Fascistische Italië is inmiddels een feit. Het avontuur in dienst bij het historische merk uit Turijn is aanvankelijk geen gelukkige. Alfieri maakte het in oktober 1922 goed in Monza waar hij met de 3.0 viercilinder als eerste finishte voor de Alfa Romeo RL van Sivocci en de nieuwe viercilinder Bianchi van Constantini. De Coppa Florio op Sicilië eindigt na een kans op de winst zonder olie vlak voor de finish. Alfieri probeert het nog met het enige voor handen, namelijk olijfolie, maar het mocht niet baten. Vanaf 1924 doet zijn broer Ernesto mee als coureur voor Diatto. Alfieri wordt in dat jaar gediskwalificeerd wanneer hij een racewagen ’s nachts stiekem van een 3.0 liter motor voorzag in plaats van een 2.0 in voorbereiding op de Rebassada klim nabij Barcelona. Alfieri riskeerde een schorsing van vijf jaar, maar deze werd na nader onderzoek ingetrokken. Toch probeerde Diatto met Alfieri’s inzet opnieuw deel te nemen aan de internationale GP’s. Dit keer met een nieuwe achtcilinder. Ver kwam men echter niet met dit project. Met het einde van Diatto vanwege financiële problemen in 1925, stopt ook de samenwerking met Maserati. Het einde van dat merk zorgt voor een grote stap voor Maserati, want met steun van markies Diego De Sterlich (tevens collega coureur bij Diatto) worden tien chassis gekocht van de Diatto 30 Sport. Inmiddels is het bedrijf in Bologna verplaatst naar een nieuw en meer geschikt pand in deelgemeente Alemanni aan de rand van Bologna. Deze locatie is beter bekend onder de naam Pontevecchio. Vanaf hier droeg de firma een eigen symbool. De eerste Maserati’s konden nu dankzij de basis van Diatto (een evolutie van de Diatto GP 8C) tot stand worden gebracht met eigen logo. In 1926 is hierdoor de Tipo 26 een feit.
Het logo op de Tipo 26 met 1.5 8 cilinder en 120 pk, maakt de sterke chemie tussen de broers uit Bologna compleet. Broer Mario kreeg de opdracht tot het zoeken van het juiste symbool en deed dat zo goed, dat het al inmiddels 100 jaar nauwelijks wijzigingen heeft gekend. De drietand van Neptunus, symbool van de Emiliaanse stad is het teken, dat evenals de vooroorlogse techniek en naoorlogse stijl van het merk, een krachtig DNA meegeeft aan dit nobele Italiaanse merk (foto boven). Dat Mario Maserati het zo wist te treffen, komt overigens niet door eenzelfde passie als zijn broers, want hij leek als enige weinig voor auto’s te voelen. Het schijnt dat hij bij zijn keuze voor de drietand, die ook op het beeld van de Romeinse god aan de Piazza Maggiore te zien is, geadviseerd is door markies De Sterlich. Investeerders bleken in die tijd wel vaker verantwoordelijk voor het bedenken van symbolen, want Lancia overkwam hetzelfde. De kleuren van de stad werden ook verwerkt, namelijk het rood en blauw van Bologna. Zo ook de naam Maserati in klassiek Romeins lettertype. De broers waren (heel begrijpelijk) direct enthousiast bij het zien van het voorstel.
Met de Tipo 26 werd in 1927 direct deelgenomen in een race. Dit begon bijna fataal door een ernstig ongeluk tijdens de Coppa Messina. Het kost Alfieri ‘gelukkig’ alleen een nier. In 1928 werd met de 26 R deelgenomen aan de GP van Italië in Rome en met een speciale aangepaste versie aan de Mille Miglia van dat jaar. In 1929 al schrijven de gebroeders Maserati opnieuw geschiedenis door de ontwikkeling van de veel zwaardere Tipo V4 met 3.0 V16 van meer dan 300 pk (foto onder). Deze auto zet Maserati direct naast het reeds glorieuze Alfa Romeo en is nog winnend ook dankzij coureurs als Baconin Borzacchini. Hij haalt in 1929 een nieuw snelheidsrecord op een rechte baan van 10 km. In 1930 wint hij de GP van Tripoli. Maserati is door deze indrukwekkende resultaten inmiddels allang gezien door het regime van Mussolini. Alfieri kreeg de hoge onderscheiding van ‘Cavaliere’. Alfieri’s actieve leven tekent hem inmiddels, want zijn gezondheid laat veel te wensen over. Terwijl de zaak goed loopt, overlijd de man waaraan het merk zoveel te danken heeft op 3 maart 1932. Hij overleefde een zoveelste nieroperatie aan zijn overgebleven nier niet. Zijn achtergebleven broers zijn echter vastberaden en oudere broer Bindo komt de familie versterken (foto onder). Hij verlaat zijn oude post bij Isotta Fraschini in Milaan en wordt directeur van Maserati. Hierdoor werd een vroegtijdig einde aan een glorieuze geschiedenis voorkomen, maar echt een onderneming groot maken zat alleen de overleden Alfieri in het bloed. Het bleef dus hooguit bij een tiental auto’s per jaar, zeker tijdens het uitbreken van de crisis.
Vanaf 1937 neemt ondernemer Adolfo Orsi daarom Maserati over en wordt de productie hiermee uit Bologna overgeplaatst naar Modena, al bleef de oude locatie ook nog bestaan. Orsi had verschillende ondernemingen (vooral staal, maar ook trammaatschappijen) in de regio en daarbuiten en had sinds een paar jaar in Modena ook een Fiat-dealerschap samen met zijn broer Marcello. Een van hun weinige concurrenten in die tijd was een Alfa-dealer onder leiding van ene Enzo Ferrari. Orsi had binnen zijn industrieën ruim 2000 mensen in dienst en zag nu ook voor het eerst kansen in de auto-industrie. Het nieuwe Maserati verrees aan de Viale Ciro Menotti, de volgende historische locatie waar een lange geschiedenis geschreven zou worden tot op de dag van vandaag. Overigens splitste Orsi de firma in twee onderdelen, namelijk Officina Alfieri Maserati voor de productie van automobielen en Fabbrica Candele Maserati voor de productie van bougies. Deze laatste aan de Viale Generale Paolucci. De broers Maserati waren nog altijd onderdeel van het bedrijf en hadden de leiding over de technische staf (10 jaar lang). Maserati is in goede handen met overwinningen in ’39 en ’40 aan de vooravond van alweer een wereldoorlog. Men ontwikkelde de 4CL en de 8CTF. De 8CTF blijkt winnend en krachtig genoeg om het op te nemen tegen de Duitse dominantie. De auto maakte indruk en werd ook verkocht aan de Amerikaan Wilbur Shaw die in Amerika zo Maserati bekend maakte door de 500 mijl van Indianapolis te winnen. Tot 1965 werd dit door geen enkel Europees merk nagedaan. Ook tijdens de oorlog werd met deze auto in Amerika geracet. Eind 1939 kwamen ook alle werknemers uit Bologna over naar Modena en sloot men de poorten in de geboortestad van Maserati. De gebroeders Maserati bleven toch in Bologna wonen en vertrokken dagelijks naar Modena voor hun werk.
Lees later deze week ons tweede deel over Maserati in de La Grande Storia reeks, waarin we terugblikken op de naoorlogse periode.
[nggallery id=1070]
Meest elegante merk uit Itale op dit moment. Prachtig verhaal en foto’s (vooral die eerste is top!). Erg benieuwd naar deel II. Veel dank hier voor!
😀 😀 😀