Enrico Sala: Een groot Alfa-man is heengegaan

Enrico Sala

Afgelopen donderdag is Enrico Sala op 84 jarige leeftijd overleden en zaterdagochtend werd de voormalige verkoopdirecteur van Alfa Romeo begraven te Milaan. Sala stond bij Alfa Romeo-liefhebbers bekend als een gepassioneerd liefhebber en Alfist van het eerste uur. Samen met de meer bekende algemeen directeur Giuseppe Luraghi vormde Sala jarenlang een gouden duo. Luraghi werd zelfs zijn schoonvader toen Sala diens dochter huwde. Sala werkte al vanaf 1955 voor het Milanese merk, om er pas in 1980 op eigen initiatief weer uit te stappen. Toch kon hij Alfa Romeo nooit echt loslaten en bleef hij tot voor kort een vaste verschijning bij meetings en jubilea in Arese. Dit, ondanks dat de in de provincie Varese geboren ras-Alfist altijd felle kritiek heeft gehad op de overname door Fiat. Lees in verband hiermee hieronder een interview met Sala die door de krant La Reppublica in oktober 2002 werd gepubliceerd.*

Enrico Sala scomparso

Dottore Sala had in de jaren ’70 als commercieel directeur de zware taak om de verkoop te stimuleren die inmiddels structureel terugliep. Intussen werd daarnaast ook een steeds hevigere strijd gestreden tegen de steeds vaker dwarsliggende vakbonden. Bij velen stond hij bekend om zijn doortastende werkwijze en zijn onvoorwaardelijk liefde voor het merk in voor en tegenspoed. Onder zijn leiding drong Alfa Romeo op diverse internationale markten door tot in de VS aan toe. Dankzij Sala onderhield het Milanese merk een samenwerkingsverband met Renault, maar bijvoorbeeld ook met de Italiaanse politie, de Carabinieri, Guardia di Finanza en het leger waarvan Alfa Romeo al gauw hofleverancier werd.

*Interview met Enrico Sala uit La Reppublica van 12 oktober 2002;

“De langzame dood van Alfa Romeo begon in 1973, aldus de 75 jarige voormalige commercieel directeur Enrico Sala (actief  bij Alfa Romeo van ’55-’80). Samen met de legendarische president Giuseppe Luraghi beleefde Sala ook de gouden naoorlogse jaren (Sala trouwde in 1954 met Liliana Luraghi). Sala legt uit hoe Alfa Romeo weer langzaam ten onder is gegaan;

(interviewer) Meneer Sala, wat bedoelt u met het feit dat Alfa Romeo in 1973 al is overleden? Wat gebeurde er toen? (Sala) Tsja, het begon allemaal op 7 augustus van dat jaar. Luraghi was in Madonna di Campiglio vanwaar hij mij op de hoogte stelde van het feit dat hij een vreemd telefoontje had ontvangen van iemand van de Finmeccanica, onze aandeelhouder. (interviewer) Dat was toch een publieke aandeelhouder? (Sala) Inderdaad en dat laatste was niet zomaar een detail bleek later. Finmeccanica liet aan Luraghi weten dat het C.I.P.E (Interministerieel Comité voor Economische planning)  ons investeringsplan van 112 miljard  in de spuiterij te Arese had afgekeurd. Luraghi zei dat hij hier niets van begreep. (interviewer) Ontdekte hij vervolgens wel de reden die hier achter lag? (Sala) En hoe! De afkeuring vormde intussen de nekslag voor Arese als fabriek. De realiteit is dat de investering om politieke redenen werd afgekeurd. Dat valt ook te lezen in het boek van Rinaldo Gianola over Giuseppe Luraghi. De oorzaak lag bij de ministers Ciriaco De Mita en Nino Gullotti van ‘Staatsdeelname’ (ministerie dat zich actief met de industrie bezighoudt). Zei stonden er namelijk op dat we bij Avellino (waar De Mita vandaan kwam) een nieuwe fabriek zouden bouwen om daar de Alfetta voortaan te produceren. Een idioot voorstel waarbij heel veel kosten gemaakt zouden worden om voortaan 70.000 Alfetta’s in het zuiden te kunnen bouwen. Arese zou voortaan een verlieslijdende fabriek zijn, terwijl sinds de komst van Luraghi in ’61 alles steeds beter liep, zowel in Arese als bij Alfasud in Pomigliano.

Enrico Sala Alfa Romeo

Enrico Sala tijdens een clubmeeting in Arese, rechts op de foto.

In 1973 bouwde Alfa Romeo zelfs 200.000 auto’s, meer dan de 182.000 van bijvoorbeeld BMW. (interviewer) Kwamen er nog meer signalen voort vanuit de politiek? (Sala) Ja, het bleek dat Gullotti graag in Avellino een nieuwe fabriek wilde, terwijl de Finmeccanica en Petrilli als president van de IRI een nieuwe locatie in Irpinia nastreefden. Men zocht vervolgens te gehaast naar een middenweg zonder degelijk plan. (interviewer) Waarom ging Luraghi uiteindelijk niet akkoord met een voorstel tot compromis? (Sala) Omdat hij wist dat er waarschijnlijk vervolgens een niet te realiseren plan uit voort zou vloeien, zoals al eerder was voorgekomen in verband met een te bouwen gieterij in Gioia Tauro, wat nooit is doorgegaan. (intervieuwer) Wat gebeurde er uiteindelijk? (Sala) Luraghi richtte zich zelfs tot premier Fanfani om uit te leggen dat politici maar bleven komen met onredelijke voorstellen, met vernietigende gevolgen voor Alfa Romeo. Vervolgens ontstond er een moddergevecht tussen Petrilli van de IRI en minister Gullotti vanaf het moment dat Fanfani bij de mannen om opheldering vroeg. Vervolgens kwam er een oliecrisis overheen en vanaf 1974 verdwenen een heel aantal (betrouwbare) mensen uit de Raad van Bestuur wat uiteindelijk Luraghi de kop kostte.

(interviewer) Dus volgens u is de feitelijke ontmanteling van Arese in die dagen begonnen? (Sala) Ja, want samen met Luraghi vertrok zo’n beetje het hele team waar Alfa Romeo op dreef. Een stuk of twintig zeer begaafde leidinggevenden die goed samenwerkten. Daarvoor in de plaats kwamen nogal politiek ingestelde lieden die alleen rekening hielden met het electoraat. Vanaf dat moment was er een sterk dalende lijn ingezet richting de uiteindelijke verkoop aan Fiat. Uiteindelijk kwam tien jaar na dato de fabriek in Avellino voor de bouw van de Arna en waren alle kansen voor Alfa Romeo al lang verkeken. (interviewer) Hoe stond u tegenover de verkoop aan Fiat?  Ik was altijd voorstander voor een verkoop aan Ford. Hierdoor zou Alfa Romeo namelijk het sportieve merk worden van de Ford-groep. Arese zou gered kunnen worden samen met de andere fabrieken. Luraghi was trouwens echt wel voorstander van een verkoop aan Fiat. Hij was namelijk bang dat de Italiaanse autoindustrie anders in buitenlandse handen zou vallen, wat echter vandaag de dag juist de realiteit is. Fiat kocht Alfa Romeo in ’87 voor maar 1.050 miljard zonder een cent belasting. Dit was vooral in die tijd (in dat belastingklimaat) in een alles een cadeautje te noemen.”

Deel dit artikel:

4 gedachten over “Enrico Sala: Een groot Alfa-man is heengegaan

  • 3 oktober 2011 om 21:35
    Permalink

    Jammer, mijn Alfa-hart huilt…Ik kende dit interview niet maar de strekking ervan wel en voor mij nogmaals het bewijs dat vanuit Turijn/Rome het originele, geinspireerde en kwalitatieve Alfa bewust de nek is omgedraaid, waarschijnlijk uit vrees voor teveel concurrentie van Fiat zelf en evt Lancia. We zullen het nooit weten maar wie weet wat er had kunnen bloeien onder de bezielende leiding van deze grootheden die alleen het beste voor hadden met Alfa, de werknemers en Alfisti. Om die lijn door te trekken het door intimus bevestigd verhaal dat alle sportieve activiteiten van Alfa door Ferrari, cq Montezemolo worden gesaboteerd, want stel je voor dat Alfa meer succes en vooral meer media-aandacht zou krijgen dan dat over het paard getilde stelletje uit Maranello…Hoop dat die barriere eindelijk doorbroken kan worden, maar vrees ervoor!

    Beantwoorden
  • 3 oktober 2011 om 22:55
    Permalink

    Mmm ik weet niet hoor.. tuurlijk de politiek heeft zich ermee bemoeit en dat zal niet positief zijn geweest in sommige gevallen. Maar Alfa is ter ziele gegaan vanwege de abominabele slechte kwaliteit in de jaren 70. De rest is bijzaak.

    Beantwoorden
  • 4 oktober 2011 om 07:11
    Permalink

    Wij hebben een Alfa gehad uit 1971 en een uit 1978 en het verschil in kwaliteit is extreem duidelijk.
    Ik heb zelf verschillende boeken hierover gelezen en docu’s over gezien en het was een janboel in de Italiaanse auto-industrie na 1975.
    Stakingen maar ook schrikbarend gewelddadige sabotage acties kwamen veel voor.
    (je kon toen maar beter geen afdelings-chef zijn in een Alfa/Fiat fabriek want dan was je de pineut)
    Dit gedoe heeft andere fabrikanten ook veel schade gedaan ..
    De gehele Engelse auto-industrie ging toen ten onder en ook kon je maar beter geen Opels kopen bijvoorbeeld.
    >10 jaar lang werd er gewoon rommel geproduceerd (1975-1985)
    en hier heeft de FGA groep zijn kwaliteits imago aan te danken waar we nu nog last van hebben.

    Beantwoorden
  • 4 oktober 2011 om 08:37
    Permalink

    @ Saya: je hebt inderdaad gelijk wat die kwaliteit betreft. Als ik in een echt oude alfa stap valt mij op hoeveel beter die auto’s zijn.

    Het grote probleem voor Alfa is dat (zoals in het artikel staat) de échte alfaliefhebbers in het bedrijf beetje bij beetje zijn buitengepest. Eerst was er de overheid die tijdens de crisis Alfa beschouwde als een middel om de werkloosheid op te lossen en daarna was er FIAT die Alfa volledig naar zijn hand wou zetten en geen respect had voor de bedrijfscultuur aldaar.

    Het gevolg is dat we sinds de tweede helft van de zeventiger jaren minder en minder echte alfa’s hebben mogen smaken. Er waren interessante modellen, maar je had altijd het gevoel dat het nooit 100% was wat het moest zijn. Eerst was er de beknibbeling op de kwaliteit wegens kostenbesparingen en te weinig investeringen in R&D zodat Alfa achterop raakte tov de duitsers (in casu BMW). Onder Fiat waren de auto’s te fel gebaseerd op FIAT’s wat het imago niet ten goede is gekomen.

    Uiteindelijk komen we dus bij een Alfa Romeo wat een schim is van wat het vroeger was. Van de core-business, zijnde sportieve sedans-coupé’s-spiders, bestaat er niets meer.

    Beantwoorden

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.