De Tomaso blijft een hoofdstuk uit het verleden
De kans dat De Tomaso nog van de grond zal komen is echt minimaal, nu blijkt dat ook de Chinese investeerder Hotyork niet thuis geeft in een gepland overleg. De firma uit China zou grootaandeelhouder worden, maar lijkt er compleet vanaf te zien, ook al wil Rossignolo nog anders doen geloven. Het nieuws over een mogelijke overname kwam in februari naar buiten toen het ultimatum verstreek, dat de gemeente Turijn had opgelegd, in verband met de achterstallige huur van de voormalige Pininfarina fabriek in Grugliasco. Daar zou de Deauville geproduceerd worden, maar verder dan een klein aantal voor de directie zelf, is men nooit gekomen. Intussen is de wanhoop bij de ruim 900 werknemers van de fabriek groter dan ooit. De Tomaso heeft 60/70 miljoen euro nodig om te kunnen beginnen, maar blijkt niet in staat om dit los te peuteren bij Hotyork.
Volgens een eerste verklaring van Rossignolo’s zoon Gian Luca, loopt het zo stroef omdat de Chinese firma nog geen ervaringen heeft in het buitenland. Het zou daarom nog 6-8 maanden duren om alles op de rit te krijgen. Zoveel tijd is er echter niet meer en geduld al helemaal niet. De bonden geven aan dat er te weinig aanwijzingen zijn, die wijzen op een degelijke oplossing. De werknemers in Turijn krijgen voorlopig nog een bijzondere uitkering van de regio Piemonte, maar die van de voormalige Delphi-fabriek in Livorno ontvangen helemaal niets. Zij hebben in 2012 nog altijd geen loon ontvangen. Het beeld van een succesvolle productie van De Tomaso als fabrikant van Italiaanse sportwagens (foto’s), zal waarschijnlijk tot een grijs verleden blijven behoren. Die dagen dat de Italo-Argentijn uit Modena, Alejandro De Tomaso (foto boven), ook de leiding nam over beroemde Italiaanse merknamen als Benelli (motoren), Vignale en Ghia. De tijd dat De Tomaso op verschillende circuits van zich liet horen…
Zonde. Ik was het niet eens met de richting waar de nieuwe firma naar toe wilde (SUV), maar dit is wel een triest einde.