Column: “Don’t Cry for me Argentina”

De Tomaso

De vorige keer ging mijn column over een Italiaanse sportwagenfabrikant die nog bestaat. Deze week over eentje die het niet heeft gered: De Tomaso. Wat mij betreft doodzonde. Dit Italiaanse merk met het prachtige logo werd in 1959 opgericht door de voormalig Argentijnse Maserati-coureur Alejandro de Tomaso. Hij koos als standplaats -hoe kan het ook anders- voor de stad Modena. De bekendste De Tomaso is ongetwijfeld de Pantera. Maar, bij nadere bestudering blijkt het merk naast deze sportwagen niet veel, maar toch wel erg fraaie auto’s te hebben gebouwd. Net als bij Iso (en inmiddels ook Pagani) koos men ervoor om de motoren elders te betrekken. In dit geval bij Ford. Dat zal ongetwijfeld een budgetkwestie zijn geweest.

De Tomaso2

Alejandro De Tomaso met een Pantera voor het hoofdkantoor van Ford in Amerika.

Ik denk dat een groot deel van ons voor het eerst met het merk in aanraking is gekomen via de Pantera. Zo ook bij mij. Ik trof ‘m ‘live’ op een of ander Italiaans auto-evenement op Zandvoort. Daar stond een GTS met 345mm breed Pirelli-schoeisel. Oh my god! Dat had ik nog nooit eerder gezien. Daar konden de Manta’s uit mijn dorp een behoorlijke punt aan zuigen. Het ontwerp van de Pantera kwam overigens van de hand van de Amerikaan Tom Tjaarda, destijds werkzaam bij het designhuis Ghia. Dat in deze periode eigendom was van… Alejandro de Tomaso. Medio 1970 verkocht ie z’n aandelen aan Ford. Toch leuk om te weten.

Vallelunga

De Tomaso Vallelunga uit 1964.

Verder over het merk: Na een voorzichtig en niet erg succesvolle start met de Vallelunga (’64-’67) presenteerde Alejandro in ’68 de beeldschone Mangusta (foto boven). De eerste De Tomaso met een dikke, Amerikaanse Ford V8. Vooral in de USA was ie behoorlijk succesvol. In totaal werden er ongeveer 500 gefabriceerd. Opvolger was de al eerder genoemde Pantera én tegelijkertijd ( ’70) verscheen de respectabele en chique gelijnde sedan, de Deauville. Kort daarop volgde de Longchamp. Een GT die later zou dienen als voorbeeld voor de Maserati Kyalami. In deze periode had De Tomaso zowaar een modelgamma waar je U tegen kon zeggen!

deauville

De mooie De Tomaso Deauville was de enige vierdeurs ooit van het merk.

Helaas ging het daarna langzaam bergafwaarts. Of het nou te maken had met de oliecrisis of de overname van Maserati en Innocenti. Het leek er op dat Alejandro er niet zoveel zin meer in had.  De focus was weg. De Longchamp en de Deauville verdwenen langzaam van het toneel en de Pantera bleef aanmerkelijk langer in productie dan eigenlijk verantwoord was. Tot 1991! Volgens de overlevering zijn er ruim 7.000 van vervaardigd, waarvan er grofweg 5.500 richting de States zijn verscheept. Véél te laat kwam het merk met de opvolger, de niet al te geslaagde Guarà. Weer wat later presenteerde men de dubieuze Biguà. Ook deze kon het tij niet keren. De afgrond kwam langzaam maar zeker in zicht…

De Tomaso5

De inmiddels oude Italo-Argentijn De Tomaso in zijn fabriek, waar het steeds minder goed mee ging.

In 2004 werden we tijdens onze Italiëtrip door de PR-mensen van De Tomaso allerhartelijkst op de fabriek in Modena ontvangen. Men was op dat moment druk bezig een grootschalige assemblage-deal binnen te slepen voor een of ander Russisch 4×4-voertuig. Maar na het zien van onze gefronste voorhoofden mochten we ook nog wel even zien waar hun echte passie lag. De lancering van een compleet nieuwe Pantera! We mochten de mock-up van dit model héél eventjes aanschouwen (foto onder). Stouterts als we zijn hebben we ‘m natuurlijk direct op de gevoelige plaat vastgelegd. Je weet maar nooit. Met erg veel vertrouwen in een goede afloop verlieten we de fabriek. Wat ons betreft zou het allemaal toch nog gaan goed komen. Forza De Tomaso! Nadat we een week terug waren in Nederland bereikte ons het trieste nieuws dat De Tomaso twee dagen na ons bezoek haar faillissement had aangevraagd. De nieuwe Pantera ging er niet komen.

De Tomaso3

Deze Pantera nieuwe stijl, haalde nooit de productiefase.

In 2008 werden de ‘restanten’ opgekocht door de ene Gian Mario Rossignolo. Zijn businessplan beoogde een ambitieuze jaarafzet van plusminus 8.000 eenheden. In 2012 werd Rossignolo gearresteerd op verdenking van fraude en misbruik van overheidssubsidies. Het is nu wachten op een (Duitse?) automobielfabrikant die…. Ach laat ook maar.

Deel dit artikel:

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.