Rij-impressie Lancia Flavia: Het zoete leven in de open lucht
Over de nieuwe Lancia Flavia hebben we al veel gezegd en geschreven vanwege de introductie die onlangs op het prachtige Sicilië is gehouden en het feit dat Lancia zelf onze redactie uitnodigde om eens in Turijn naar deze auto te komen kijken. Het enige wat we nog niet gedaan hebben deze zomer, is natuurlijk het zelf plaatsnemen achter het stuur van deze eerste nieuwe Italiaanse cabriolet in tijden. Omdat Lancia de Flavia vrijwel direct overal gelijktijdig in de markt heeft gezet, hebben we daarom meteen de kans gegrepen om een mooie Lancia-dealer op te zoeken. Vooral omdat het weer nu plots ook in ons natte landje, even Mediterrane vormen aannam. Autobedrijf Vema in Den Bosch heette ons van harte welkom. Ons wachtte een chique showroom en Brabantse gastvrijheid!
Een leuke bijkomstigheid is het feit dat we nog maar kort geleden een prachtige splinternieuwe Alfa Romeo Spider 1750 TBI aan de tand hebben kunnen voelen. Deze andere open auto, die overigens al geruime tijd uit productie is, stond centraal in een soort melancholische achteraf-test van ons. Beide zijn volwaardige D-segment wagens en de Alfa stal zelfs ons over het algemeen makkelijk te stelen hart, vanwege de stijl en de motor. Is dit in Sterling Heights geproduceerde model dan bij voorbaat kansloos en iets wat ons nooit kan enthousiasmeren?
[nggallery id=852]
Het startpunt is dat toen we begin 2011 hoorden, dat ook de Chrysler 200 mét en zonder dak in aanmerking kwam voor een Europese marktintroductie als Lancia, de Lancist in ons pas echt ‘gekwetst’ raakte. Op een of andere manier veel meer nog dan in het geval van de Thema en de Voyager. Ons bezoek aan de stand in Genève had veel weg van een ziekenhuisbezoek… We beseften dat dit mooie merk nog altijd aan het infuus ligt, ondanks dat een verblijf op de intensive care niet langer noodzakelijk is. Uiteindelijk bepaalde de directie in Turijn dat de gesloten sedan geen goede keus zou zijn en gaf men het groene licht aan dat wat toen nog de ‘Flavia Cabrio’ genoemd werd. Overigens zijn deze herboren varianten op basis van de ongelukkige Sebring een groot succes in de VS. Kwaliteitsverbetering en meer verfijning liggen hier aan ten grondslag. De nieuwe 200 kreeg bovendien een geweldige kickstart dankzij een episch spotje met Eminem, waarin de productiviteit van Detroit werd geprezen. De verpauperde industriestad leeft weer helemaal op en de grote fabriek waar deze auto gebouwd wordt, draait weer op volle toeren, terwijl het tot 2009 ten dode leek opgeschreven.
Het nieuwe Lancia zoekt naar een vergelijkbare omwenteling, al is het verkopen van grote aantallen uiteraard nooit het echte doel. Het oude merk moet enkel rendabel zijn en unieke creaties blijven voortbrengen voor een specifiek publiek. Precies zoals het de afgelopen 106 jaar heeft gedaan. De versmelting met Chrysler zorgt voor het juiste zetje in een nieuwe richting, vanaf een weg die onherroepelijk doodliep. De eerste missie was daarom het wederom creëren van een eigen dealernetwerk en een volledig modelgamma. Een ruime cabriolet stond al lang op de agenda van Lancia, zelfs voor 2009 (men sprak destijds over een CC met de naam Aurelia) maar was altijd een onhaalbare kaart. Daarom is deze Flavia die wij reden -met oogstrelende Lancia blauwe kleur genaamd ‘Blackberry’- al met al toch een passende optie voor wie bewust voor Lancia kiest.
Natuurlijk maakt één zwaluw nog geen zomer, zeker in dit economische klimaat niet, maar als je eenmaal wegrijdt in de open Flavia snap je waarom het toch allemaal uiteindelijk op z’n plek lijkt te vallen. De Flavia heeft namelijk een absoluut fluwelen weggedrag, iets wat we bijvoorbeeld kennen van diverse Lancia’s uit het verleden. De FFF Lancia’s (Fulvia, Flavia en Flaminia) uit de jaren ’50 en ’60 stonden vooral bekend om hun excellente aristocratische comfort en niet zozeer vanwege de prestaties. Afgezien van de sportiviteit die de Fulvia Coupé uiteindelijk met zich meebracht natuurlijk, toen de HF werd ingevoerd. De naam Flavia past dus best, ook al is het DNA uit Detroit ook overal nog zeer goed zichtbaar. De oude Flavia was er bovendien ooit als ‘Convertibile’ van Vignale, ontworpen door Giovanni Michelotti. Deze stond bij Lancia in de showroom van 1963 tot 1967.
[nggallery id=853]
De souplesse van deze auto komt voort uit een goede combinatie van factoren zoals de prettige zestraps automaat, het zeer nauwkeurige stuurgedrag en de aangename wijze waarop het voertuig oneffenheden in het wegdek verwerkt (niet te stroef en niet te slap). Maar ook de wijze waarop de 2.4 z’n werkt doet draagt daaraan bij. Het is uiteraard geen wagen om mee te sprinten; Bij hogere snelheden voelen we een klein beetje onrust in het koetswerk als het om de zijwaartse krachten gaat, maar de elektronica (ESC) doet zijn werk verder netjes en gaf ons nooit een hopeloos gevoel. Wat ons aangenaam verraste was de wendbaarheid van deze toch dik 4,9 meter lange auto en het feit dat hij nooit echt log een zwaar aanvoelt, ondanks de 1856 kilo. We waren dan ook erg blij om te ontdekken dat de 170 pk 2.4 viercilinder motor uit Michigan, gelukkig toch echt een modern blok blijkt te zijn die de klus prima aan kan. Het laat zich heerlijk op toeren jagen en heeft zelfs een karakteristiek geluid waarvan we zijn gaan houden. Lui is ie dus zeker niet en het verbruik stemt je gelukkig, vooral op de snelweg bij meer constante snelheden. Dat de Flavia geen echt snelle auto met turbo is, blijkt alleen wanneer je het gas ineens diep intrapt. Ook de transmissie lijkt daar trouwens heel even van te schrikken. Een beetje alsof je een fijne ontspannen vakantie abrupt onderbreekt. Wat opvalt is dat de auto altijd opvallend lang op snelheid blijft, ook als je het gas loslaat. De 16v met variabele kleptiming heeft daarom ook hen die eigenlijk op een V6 rekenden, aangenaam weten te verrassen, omdat je met deze vierpitter dus prima kunt cruisen. De Flavia is voorzien van zeer goede remmen, die je goed kunt zien achter de mooie tweekleurige 18 inch spaakvelgen.
De Flavia is een zeer comfortabele cabriolet en reiswagen, met een redelijk chique voorkomen gezien de reacties van diverse passanten. Daarmee bewijst de auto dat het een waardevolle aanvulling is binnen het Lancia-gamma wat ons betreft. Een aangename verrassing dus. De juiste kleur, de linnenkap en toch wel heel mooie grille en koplampen, sluiten dus toch aan op het ‘La Dolce Vita’ gevoel uit de reclamefolder. Dat laatste is dus meer dan een krampachtige poging om een Amerikaanse auto Italiaans te laten spreken. Bijzonder vonden we ook het erg vlot en degelijke vouwsysteem van het dak. Ook qua luxe en afwerking van het interieur zit het wel snor. De lederen elektrisch verstelbare stoelen zijn erg comfortabel en de Boston Acoustics Hifi met 6 speakers is werkelijk een genot voor je oren. Standaard mist deze auto met lange achterzijde enkel de nodige parkeersensoren. Ook de afwezigheid van een semi-automatische richtingaanwijzer voor op de snelweg behoorde tot een van die weinige zaken die we misten, iets wat misschien toch met de Amerikaanse afkomst te maken heeft.
Officieel heeft Lancia verder de stalen klapdak niet in de folder staan zoals Chrysler dat wel heeft, maar Lancia Vema gaf ons eigenlijk te kennen dat niets echt onmogelijk is. Vraag deze aangename dealer dus gerust om meer informatie over de Lancia Flavia.
Ik moet zeggen dat hij in deze kleur al veel beter oogt. Alleen spijtig dat voor het interieur alleen zwart of zwart/wit mogelijk is. Het ‘moccachino’ interieur uit de Thema zou hem nog meer uitstraling geven. Best raar, gezien de chrysler wel met andere tinten kan uitgerust worden.
Over de motor heb ik nog altijd mijn twijfels. In de huidige markt heeft hij geen schijn van kans gezien het een vrij grote motor is met een vrij laag vermogen. Binnen de groep zijn er betere krachtbronnen aanwezig al zal het te duur zijn geweest om die passen te maken. Ik denk aan bvb een 2.0 turbodiesel en de 1.8 turbo.
Verder weet ik niet of het harde dak zo’n meerwaarde heeft. Een stoffen dak heeft charme.
Het schijnt dat best wat voormalige Chrysler klanten naar een Flavia vragen met stalen klapdak, dus ik zou dat ook leveren als ik Lancia was. Ik droomde idd ook van een zandkleurige/zwart bicolore interieur in combinatie met dit blauw 🙂 zou nog mooier zijn. Trouwens de 2.4 zorgt wel voor een mooie soepele rit en een goede balans met verbruik. De 1.4 turbo zou minder prettig zijn en de 1.8 TBI te dorstig. Ik vind het dus niet zo’n slechte keuze.
Zag er gisteren een staan.Met het dak gesloten oogt hij toch vrij lomp(Amerikaans).
43000 Euro is best wel veel geld .
Ik denk dat we hem ook weinig zullen tegenkomen op de weg.
… en dat is waarom die 2.4 een slechte keuze is: De CO2-toeslag BPM die volgt zorgt dat de auto fiscaal de markt uitgepest wordt. Gebruik van Italiaanse motoren kan zo 10000 euro schelen, zelfs als dat wat minder rijdt.
Dat is echter niet het grootste probleem. De meeste auto’s in dit segment worden als diesel verkocht. Het niet hebben van een diesel betekent dat 2/3 van de kopers direct afhaakt.
En eigenlijk hoor je als in dit segment bezig bent ook al meer en meer een hybride aan te kunnen bieden.
> zelfs als dat wat minder rijdt.
Er hoorde te staan: zelfs als dat wat minder rijst zeggen velen daar geen nee tegen.
Ik geloof er niets van dat de meeste cabrio-rijders een diesel kiezen. Tot een paar jaar gelden was het zelfs een ondenkbare combi nl. Bovendien denk ik dat de doelgroep voor dit model niet zo kritisch naar de fiscale nadelen kijkt van een motor aangezien het sowieso een niche is. Het verbruik en de prestatie is goed. De meeste mensen die naar deze auto kijken zullen hooguit een V6 prefereren maar zeker niet een 1.4 turbo. De Flavia is werkelijk gigantisch en dan ga je niet voor een 1.4. De 1.8 Turbo is duidelijk minder zuinig en ook niet goedkoop. De 2.4 is dus geen vreemde combi, bovendien is wat de compleetheid van dit D-segment model betreft goed voor te stellen dat ie niet beneden de 40 mille komt.
Voor een Cabrio op diesel hoef ik alleen maar naar mijn zusje te kijken, zij bezit een cabrio van Volvo. De auto rijdt dagelijk 2 maal 60km voor woon/werkverkeer, dus de afweging om diesel te willen lag er dik op.
Als een cabrio voor persoonlijke ritten koopt, dan zou ik voor een benzine gaan. Maar rijdt je er dagelijks mee naar je werk, en dat geldt voor veel autobezitters, dan kun je bij auto van dit caliber haast niet om diesel heen.
Wat betreft de TBi of dit geval laten we eens vergelijken met de Guilietta. Dat is natuurlijk geen eerlijke vergelijking, want de Flavia is een stuk zwaarder, maar ik denk dat de Giulietta wel het beste vergelijkingsmateriaal is dat er beschikbaar is.
GIULIETTA 1.4 Multiair turbo:
Gewicht: 1295 kg
Vermogen: 170 PK @ 5500 tpm
Max. koppel: 250Nm @ 2500 tpm
Verbruik binnen bebouwde kom: 7,8 l/100km
Verbruik buiten bebouwde kom: 4,6 l/100km
CO2-uitstoot: 134 g/km
GIULIETTA 1.75 Turbo Benzina Quadrifolio Verde:
Gewicht: 1295 kg
Vermogen: 235 PK @ 5500 tpm
Max. koppel: 340Nm @ 1900 tpm
Verbruik binnen bebouwde kom: 10,8 l/100km
Verbruik buiten bebouwde kom: 7,6 l/100km
CO2-uitstoot: 177 g/km
FLAVIA 2.4:
Gewicht: 1740 kg
Vermogen: 173 PK @ 5500 tpm
Max. koppel: 225Nm @ 4400 tpm
Verbruik binnen bebouwde kom: 13,9 l/100km
Verbruik buiten bebouwde kom: 7,0 l/100km
CO2-uitstoot: 221 g/km
Wat opvalt is dat de 1.4-Multiair de vergelijking met dit 2.4-onding vrij goed doorstaat: Ze hebben grofweg evenveel vermogen, maar de 1.4 heeft meer koppel, maar belangrijker, op een veel gunstiger toerental. 2500 toeren is een toerental waar je in de pratijk ook op rijdt, terwijl je zelden op de 4400 tpm zit waarop je dat 2.4-geval maximale trekkracht doet geven.
Dat betekent dat als je op een normaal toerental het gaspedaal intrap, dat je met de 1.4 veel sneller weg zou accelereren. Wat betreft verbruik is de 1.4 Multiair natuurlijk geen partij voor deze 2.4. De combinatie van meer koppel en het ontlopen van de CO2-toeslag BPM, wat duizenden euro’s in aanschaf scheelt, doet mij toch besluiten dat ik met de 1.4 Multiair de toonzaal zou verlaten in het geval deze motor beschikbaar zou zijn.
In vergelijking met de Turbo Benzina delft deze 2.4-jetser helemaal het onderspit op prestatieniveau: Veel meer vermogen en een machtige 340 Nm en dat al bij 1900 tpm. Het water loopt me dan in de mond. Het gewicht van de auto is het minst van invloed bij het verbruik op de snelweg en inderdaad zien we dat de Flavia op de snelweg wat minder verbruikt. Het verschil is echter niet schokkend.
Het gewicht is wel van veel invloed op het verbruikscijfer binnen de bebouwde kom en laat nu net de Giulietta deze Flavia vernederen. De vraag is of dit aan de motor toewezen moet worden of puur aan het lichtere gewicht. Het zit er echter dik in dat de Flavia met een 1.75 ook al een stuk lichter zou zijn en de stelling dat de 1.75 de auto meer zou doen verbruiken vereist naar mijn meningd an ook nadere onderbouwing.
Het is plausibel dat het de 1.75 TBi mogelijk is onder de 210 g/km CO2-uitstoot te blijven. Een turbomotor biedt op dit punt wat meer flexibiliteit dan een motor zonder turbo, omdat het motormanagement beslist wanneer de turbo aanspringt en hier dus één en andere te tunen valt, eventueel met een eco-knopje op het dashbord. Dat is buitengewoon relevant, want die 210 gr/km is de grens voor de CO2-toeslag BPM en als je daaronder blijft maakt dat de auto duizenden euro’s goedkoper.
Tot slot, de huidige 1.75 TBi beschikt nog niet over Multiair. Het bouwen van een versie met Multiair ligt voor de hand en het is waarschijnlijk dat je de 2.4-jetser dan ook met de cijfers buiten de bebouwde kom kunt kloppen.
Ik voorzie een antwoord dat de officiële gebruikscijfers niet alles zeggen. Hoewel op zich waar is dat een typisch antwoord van een verkoper die een argument zoekt om een zwakheid van zijn produkt te ontwijken. Als de officiële verbruikscijfers werkelijk een verkeerd beeld in vergelijking met andere auto’s zouden geven, dan zou een fabrikant dit direct weerleggen, bijvoorbeeld met grafieken die het koppel/vermogen weergeven en aan zouden tonen dat de vergelijking tussen over de gehele toerentallinie gunstiger uitkomt dan in de officiële specificaties die alleen de maxima weergeven.
De Amerikaanse automobielindustrie lag drie jaar geleden op zijn gat. Naast kwaliteitsproblemen over de gehele linie liepen de Amerikanen ver achter op motortechnologie en compenseerden dat met grote hoeveelheden cilinders en de inhoud daarvan. Dat zoiets alsnog comfortabel kan rijden begrijp ik. Het is echter niet concurrerend in vergelijking met buitenlandse concurrentie.
Er wordt de laatste tijd een beeld geschapen dat alles in Detroit fantastisch is en alles in Lingotto kommer en kwel. Deze auto bewijst dat dat niet zo is. De Italianen lopen nog altijd mijlenver voor (of kan ik beter over kilometers spreken?) op motorisch gebied en hebben minder kilo’s aan gewicht nodig voor een goede auto.
Jammer van die amerikaanse auto’s
Is niet echt italiaans.
De thesis was nog een echte italiaan en zwaar ondergewaardeerd.
Ik heb de 2.0 turbo 6 bak en de 2.4 JTD automaat gehad. Heerlijke auto’s zonder veel problemen alleen was de importeur niet echt klantvriendelijk als enigste minpunt.
Ben benieuwd hoe Lancia het er afbrengt in deze vechtmarkt.
Ik hoop het beste want het is en blijft een mooi merk met een prachtige uitstraling.